[Bepaalde modellen of besturingssystemen ondersteunen mogelijk bepaalde functies niet]

Afdrukmodus

Via Afdrukmodus kunt u aangeven hoe u bestanden wilt afdrukken of opslaan (apparaat voor massaopslag, printergeheugen, intern flash-station, RAM-schijf). U kunt kiezen uit de volgende instellingen:


Normaal
Selecteer deze instelling voor normale afdrukken zonder dat uw documenten op de printeropslaglocatie worden opgeslagen.

Vertrouwelijk
Selecteer deze instelling om uw privédocument of vertrouwelijke document met een opgegeven wachtwoord te verzenden naar printeropslag, zodat u kunt voorkomen dat andere gebruikers het bestand openen. Om het document af te drukken, moet u het wachtwoord invoeren. Nadat het document is afgedrukt, wordt het uit de printeropslaglocatie verwijderd.

Opslaan
selecteer deze instelling om een document op de harde schijf op te slaan zonder het af te drukken. Als u uw document wilt opslaan in een privédocumentvak, moet u het wachtwoord invoeren. Gebruik deze instelling voor een privédocumentvak als u een privédocument of een vertrouwelijk document opslaat.

Opslaan en afdrukken
Selecteer deze instelling om een document op de harde schijf op te slaan en het document af te drukken. Als u uw document wilt opslaan in een privédocumentvak, moet u het wachtwoord invoeren. Gebruik deze instelling voor een privédocumentvak als u een privédocument of een vertrouwelijk document opslaat.

Afdrukschema
selecteer deze instelling om het document op een opgegeven tijdstip af te drukken. Als u de tijd instelt op 23:00 wanneer de printer nauwelijks wordt gebruikt, slaat de printer het document op de printeropslaglocatie op en wordt het document om 23:00 afgedrukt.

De onderstaande opties voor taakeigenschappen zijn beschikbaar.

Taaknaam
Voer de naam in van de afdruktaak. De naam kan worden gebruikt wanneer u het bestand afdrukt op een later tijdstip of als u het opgeslagen bestand wilt zoeken via het bedieningspaneel van de printer.

Gebruikersnaam
Voer de gebruikers-id in. De naam kan worden gebruikt wanneer u het bestand afdrukt op een later tijdstip of als u het opgeslagen bestand wilt zoeken via het bedieningspaneel van de printer.

Password
Voer het wachtwoord in dat u voor de instelling Vertrouwelijk wilt gebruiken. Deze instelling is alleen beschikbaar als u Vertrouwelijk, Opslaan of Opslaan en afdrukken hebt geselecteerd, samen met een privédocumentvak. Als u een wachtwoord instelt voor een bepaald bestand, moet iedereen die het bestand wil afdrukken of verwijderen dat wachtwoord opgeven.

Afdrukken om
Selecteer deze instelling om het tijdstip in te stellen waarop de printer begint met afdrukken. U kunt deze instelling alleen gebruiken als u Afdrukschema hebt geselecteerd.


Taakaccountbeheer

Met Taakaccountbeheer kan elk document dat wordt afgedrukt, worden voorzien van een gebruikers- en een account-ID.

▪ Gebruikersmachtiging
Als een gebruiker op deze optie klikt, wordt de geldigheid van de afdruktaak bepaald op basis van het toegangs- en controleniveau van de gebruiker.

▪ Groepsmachtiging
Als een gebruiker op deze optie klikt, wordt de geldigheid van de afdruktaak bepaald op basis van het toegangs- en controleniveau van de groep waartoe de gebruiker behoort.

Instellingen Taakaccountbeheer
Met deze opties kunt u de instellingen voor taakaccountbeheer opgeven en taakaccountgegevens met andere clients delen.

Accountingtype
U kunt een door uw systeembeheerder opgegeven accounttype selecteren.

Accountbeheer
U kunt afdrukverificatie inschakelen op basis van een gebruikers-id en een wachtwoord.

Alleen id
U kunt afdrukverificatie inschakelen op basis van alleen een gebruikers-id.


Taakcodering

Als de gebruiker Taakcodering selecteert, worden alle PDL-gegevens om beveiligingsredenen gecodeerd.